3 bijzondere instrumenten die je waarschijnlijk nog niet kent
De gitaar, piano en dwarsfluit kennen we allemaal, maar heb je ooit al eens gehoord van een kemenche, kannel of oed? Veel muzikanten die op de podia van 30CC spelen, brengen instrumenten mee die je waarschijnlijk nog nooit eerder zag. 3 muzikanten vertellen je alles over hun minder bekende instrumenten.
De kemenche van Istanbul, een soort Turkse viool
Emini Bostanci is een van de weinige professionele kemenche-spelers. Ze groeide op in Istanbul en woont in Amsterdam. Met het ensemble Dareyn treedt ze op bij 30CC.
Wat? De kemenche van Istanbul is een traditioneel strijkinstrument in de vorm van een peer, met 3 snaren: 1 van metaal en 2 gut strings. En ja: die zijn gemaakt van darmen. Er bestaan trouwens verschillende soorten kemenches. De bekendste is die van de Zwarte Zee, maar die verschilt enorm van de kemenche van Istanbul. Zeg dus niet zomaar kemenche tegen een kemenche.
Hoe? Je plaatst de kemenche in je schoot. De snaren bespeel je met een strijkstok.
Hoe klinkt het? Beeld je een geluid in dat zich tussen het geluid van een fluit en dat van een viool bevindt. Eigenlijk klinkt het bijna als een menselijke stem.
Oorsprong? De kemenche van Istanbul is een eeuwenoud traditioneel instrument, het bestond al in de tijd van het Byzantijnse rijk. Onder de Ottomanen werd de kemenche heel erg populair: het werd een volksinstrument dat bespeeld werd in tavernes en op straat, vaak door mensen van Griekse afkomst. In de 19e eeuw vond de kemenche zijn weg naar hogere kringen en werd het door het koninklijk paleis bestempeld als Ottomaanse kunst.
Moeilijk? Ja! Ik was 16 toen ik de kemenche leerde bespelen. Je moet wel wat muzikale achtergrond hebben om hier aan te beginnen, én een goede fysieke conditie.
Het leukste aan het instrument? De kemenche is een uitdagend instrument. Dat geeft me een soort voldaan gevoel achteraf. Dat maakt me ook nieuwsgierig: ik wil dit instrument beter leren kennen. En natuurlijk: de bijzondere klank, die is heel bijzonder voor mij.
Een kannel, een eeuwenoud tokkelinstrument uit Estland
De Estse Mari Kalkun componeert hedendaagse Estse folkmuziek. In Estland is folk big business. Kalkun combineert de eeuwenoude Baltische traditie met moderne invloeden uit pop en jazz. Ze gebruikt ook loop stations.
Wat? Een kannel is een instrument dat al meer dan 2000 jaar bespeeld wordt in de Baltische Staten. Het is een soort citer, dat is een tokkelinstrument. Eigenlijk ziet her eruit als een grote houten doos met 7 tot 12 snaren.
Hoe? Je bespeelt de snaren simpelweg met je vingers. Je kan er maar een paar noten op spelen, maar dat geeft wel de ruimte om te experimenteren en het instrument op niet-traditionele manieren te bespelen.
Hoe klinkt het? Een kannel heeft een heel meditatieve klank: het kalmeert en stelt je gerust. Omdat het zo een oud instrument is, hoor ik er ook een echo van het verleden in. Een eeuwenoud geluid.
Oorsprong? De kannel is al duizenden jaren een belangrijk instrument in deze streken. Er zijn zelfs aanwijzingen dat er al kannels waren voor de Ijzertijd. Toen werden de snaren nog gemaakt uit de darmen van dieren. Nu is dat uit metaal, waardoor de kannel van na de Ijzertijd heel anders klinkt. Omdat de kannel zo een meditatieve klank produceert, werd het instrument ook eerder in intieme kring gebruikt.
Moeilijk? Nee hoor. Omdat het een vrij eenvoudig instrument is, wordt het vaak gespeeld in de kleuterschool of de lagere school. Maar natuurlijk, je maakt het zo moeilijk als je zelf wil!
De oed, een snaarinstrument uit het Midden Oosten
Remy Dielemans is eigenlijk contrabassist, maar ontdekte de oed nadat hij samenwerkte met Syrische muzikanten. Samen met Oorkaan en het Amsterdams Andalusisch Orkest speelt hij het familieconcert 'Dauw'.
Wat? Oed betekent in het Arabisch 'hout'. De oed is een peervormig, houten snaarinstrument met een bolle klankenkast en telt meestal 11 snaren. De hals van het instrument is relatief kort en de kop is omgebogen voor meer stabiliteit. Opgelet, niet elke oed is hetzelfde. De Arabische versie is niet enkel groter dan zijn Turkse broertje, ze gebruiken ook nog eens een andere stemming.
Hoe? Je bespeelt de snaren met een risha, ofwel een soort van plectrum dat gemaakt wordt van de hoorns van een ram.
Hoe klinkt het? Door de grote klankenkast maakt de oed heel lage klanken die soms weleens donker of melancholisch kunnen klinken.
Oorsprong? De oed komt uit het Midden-Oosten en is eeuwenoud. In de 7de eeuw werd het instrument bekend in de Arabische Wereld en iets minder dan 100 jaar na de Arabische verovering van het zuiden van Spanje vond de oed haar intrede in Andalusië.
Moeilijk? Het is moeilijk om met de oed de juiste toon te vinden. Een oed heeft namelijk geen 'frets', dat zijn metalen staafjes die verticaal op de hals van het instrument staan, zoals bij een gitaar. Daar komt ook nog eens bij dat harmonie, of het goed samen passen van de tonen, geen basisonderdeel is van de Arabische muziektradities. Het gaat er vooral om melodie en ritme.
Oed, ud of oud? Je mag zelf kiezen, want alle 3 de schrijfwijzen kloppen! Als je er dan nog eens het Arabische lidwoord 'el' voor zet, dan krijg je 'el oud' of ook wel 'luit', het Westerse nichtje van de oed. .
Benieuwd geworden naar deze instrumenten? De kemenche van Istanbul hoor je bij het ensemble Dareyn op zaterdag 18 januari en Mari Kalkun bespeelt de kannel op donderdag 16 januari. Remi speelt met zijn oed mee met het Andalusisch Amsterdams Orkest en de Oorkaan op het familieconcert 'Dauw', op zaterdag 4 januari.